Voor ouders en verzorgers

Misschien vermoed je dat je kind homo, lesbisch, bi, pan, non-binair of transgender is. De kleine signalen die je opving toen je kind nog een baby of een peuter was. Misschien komt het als een verrassing en moet je even aan het idee wennen. Je wil het kind beschermen en er zo goed mogelijk voor zorgen. Zodat je kind uiteindelijk een zelfverzekerd en gelukkig mens wordt. Zolang je praat, luister en bovenal met liefde ondersteunt, gaat dat helemaal goed komen!

Algemeen

Hieronder gaan we verder in op hoe je kind mogelijk kan reageren in de tijd dat het zich realiseert homo, lesbisch, bi, pan, transgender, non-binair of intersekse te zijn. Want hoe goed je het ook doet als ouder, je kind wordt ook blootgesteld aan reacties van leeftijdsgenoten, (social) media, familie, buren en andere volwassenen. Als die reacties negatief zijn, kan het identiteitsproces van je kind flink verstoord worden. Naast de verwarring van de puberteit met al zijn onzekerheden, komt er nog de onzekerheid bovenop van er misschien niet bijhoren.

Eerst gaan we door de definities heen en daarna geven we adviezen en tips om de grootste verwarringen bij je kind mogelijk het hoofd te bieden.

Bovenal geven we het advies om open te blijven staan voor je kind, te luisteren en mee te denken. Geef je kind alle vertrouwen en ondersteun hen zo goed als je kunt in hun avontuur om zichzelf te kunnen zijn.

Over seksuele voorkeur en transgender

Iemand die verliefd kan worden op allerlei genders noemen we bi, of pan. Iemand die alleen verliefd kan worden op mensen van de andere gender zijn hetero. Jongens die alleen verliefd kunnen worden op andere jongens zijn homo en meisjes die alleen maar verliefd kunnen worden op andere meisjes zijn lesbisch. Maar of iemand zichzelf ook zo noemt is een andere vraag! En ook helemaal oké trouwens. Niet iedereen hoeft uit de kast te komen met diens seksuele oriëntatie. Zolang je maar het vertrouwen geeft dat waar je kind ook mee thuiskomt, dat het goed is.

Als het lichaam waarin iemand geboren is niet past bij wie ze echt zijn, dan wordt dat transgender genoemd. Je dochter blijkt dan ineens een zoon te zijn! Of je zoon een dochter! Of je zoon of dochter weet gewoon niet welke gender (vandaag) nu eigenlijk het beste past dat wordt non-binair of genderfluid genoemd. En dat is prima. Waarom zou je alles moeten weten? Jouw taak als ouder is om goed te luisteren naar je kind en van ze te houden, of ze nu jongen, meisje of iets daar tussenin of volledig buiten zijn. Geef ze het vertrouwen dat ze precies zo zijn als bedoeld, en leef mee met de ups and downs en de onzekerheden.

Soms krijg je bij de geboorte van je kind te horen dat de verloskundige of de arts niet weet of de baby een jongen of een meisje is. Laat je niet gek maken. Eén op tweehonderd kinderen wordt geboren met intersekse. Soms zie je het aan de buitenkant, soms niet. Dan wordt je kind bijvoorbeeld niet ongesteld of krijgt je zoon ineens borstgroei tijdens de puberteit en bleek het een kwestie van chromosomen en/of hormonen te zijn. Wees hier open over naar je kind. Zorg er voor dat ze zich niet schamen voor hun lichaam. Zorg er voor dat jouw kind zelfverzekerd opgroeit. Ieder lichaam, en elk mens is uniek!

Als je als ouder vragen hebt over seksuele voorkeur of gender, kun je bellen met Switchboard, een informatielijn over LHBTI.

Steun bieden vóór de coming out

Misschien vermoed je als ouder of verzorger dat je kind lesbisch, homo, bi, pan, non-binair of transgender is, je kunt het steunen door al voor de puberteit te laten merken dat je er open voor staat, en het van jongs af aan bespreekbaar te maken in het gezin.

Daarvoor kun je:

  • Homoseksualiteit/biseksualiteit als optie noemen als het over de liefde gaat;
  • Transgender/non-binair noemen als het over mannelijkheid of vrouwelijkheid gaat;
  • berichten uit het nieuws die betrekking hebben op seksuele voorkeur of genderidentiteit aan tafel bespreken;
  • rolmodellen zoals zangers, filmsterren of sporters, of iemand in de familie noemen die zichzelf zijn en succesvol;
  • je kind laten zijn en doen hoe die wil en daarbij steunen en aanmoedigen.

Je kunt het ook voorzichtig vragen of opperen. Bedenk dat jongeren pas wat aan hun ouders kwijt willen als ze honderd procent zeker zijn van hun gevoelens. Ook praten pubers niet makkelijk over intieme zaken met hun ouders. Dat betekent dat je voorzichtig moet zijn, en ruimte moet laten voor twijfel. ‘Je hoeft het niet zeker te weten, maar denk je wel eens dat…’ Luister in liefde, maar geef ook ruimte aan je kind het zelf te ontdekken.

Lees meer over In gesprek met je kind.

Het kan zijn dat je kind je in vertrouwen neemt en uit de kast komt.

Lees ook: Kan ik het aan mijn kind zien?

In gesprek met je kind

Belangrijk is dat je kind steun van jou ervaart: spreek die letterlijk uit. Zeg dat je trots bent op je kind, dat je van je kind houdt, zoals het is en je kind steunt in de zoektocht naar zijn of haar identiteit. Blijf in gesprek: open het gesprek opnieuw wanneer het uitloopt op ruzie of terugtrekken. Geef aan dat je er over door wilt praten, er open voor staat, op een ander meer geschikt moment als het vastloopt. Luister en vraag door zodat je kind de gelegenheid krijgt om alles te vertellen. Je hoeft geen oplossing te bieden, steun is voldoende. Neem het serieus: als een kind met zulke grote gevoelens komt, heeft het daar waarschijnlijk al lang over nagedacht. Doe ook andere dingen samen dan praten: samen tijd doorbrengen, er gewoon zijn, en tijdens een wandeling of klus is het makkelijker praten dan formeel rond de tafel. Denk mee over de toekomst van het kind; laat rolmodellenzien en manieren waarop het zichzelf kan zijn.

Rolmodellen en vertrouwenspersonen

Rolmodellen of vertrouwenspersonen kunnen je kind steun bieden.

Rolmodellen zijn bekende mensen die een voorbeeld voor jouw kind kunnen zijn: ze zijn zichzelf, ze zijn trots en succesvol, en een voorbeeld voor anderen. In dit geval mensen die niet in het standaardplaatje van mannelijkheid, vrouwelijkheid of heteroseksualiteit passen. Het kunnen zangers, filmsterren, YouTubers of sporters zijn, bijvoorbeeld. Als jij als ouder naar liedjes luistert van een biseksuele zanger, of een influencer volgt die genderqueer is, kan dat openingen bieden voor je kind.

Vertrouwenspersonen zijn volwassenen in de familie of vriendenkring die je kind een luisterend oor kunnen bieden. Zij kennen je kind van jongs af aan en hebben een band met hen. Ze kunnen luisteren naar je kind en je kind bevestigen. Het kunnen familieleden zijn die zelf lesbisch, homo, bi, pan, non-binair of transgender zijn. Maar dat hoeft niet. En het kunnen ook mensen buiten jullie directe kring zijn, zoals leraren op school of trainers op de sportclub.

Andere LHBTI-jongeren leren kennen

Ook kan het helpen om ander LHBTI-jongeren te ontmoeten. Hier kan je kind herkenning vinden en volledige acceptatie. Onderling praten jongeren makkelijker over hun gevoelens. Het feit dat ze niet de enige zijn, maar dat er ook anderen zijn zoals zij, kan ze versterken in hun gevoelens, en trots maken op wie ze zijn. Hieronder wat ingangen voor ontmoeting van andere jongeren.

  • Als je kind onder de 18 jaar is, kun je vertellen dat Jong&Out bijeenkomsten organiseert, en een website heeft waarop hij of zij andere jongeren kan leren kennen.
  • Als je zoon of dochter ouder is, kun je verwijzen naar ExpresZo.
  • Misschien is het een idee om je kind mee te laten gaan op Hojokamp van Stichting Outway, een kampeerweek voor LHBT-jongeren waarin trots jezelf zijn centraal staat.
  • Als je kind transgender-gevoelens heeft en nog jong is, kun je samen naar een bijeenkomst van Genderkind en ouders (Go). Het fijne daarvan is dat je zelf ook andere ouders ontmoet en ziet en hoort hoe zij omgaan met hun kind.
  • En er zijn bij Transvisie Zorg ook gespreksgroepen voor transgender jongeren waar uitwisselen van ervaringen centraal staat.

Steun bieden bij coming out

Coming out, uit de kast komen, betekent: vertellen aan je omgeving dat je homo, lesbisch, bi, pan, non-binair of transgender (LHBTI!+) bent. Veel jongeren maken zich zorgen of hun ouders goed zullen reageren. Ze vinden het daarom heel spannend.

Hoe kinderen uit de kast komen, kan verschillen. Sommige jongeren vragen er aandacht voor en zeggen het direct: ‘Pap, mam, ik moet jullie iets vertellen…’ Anderen laten een tijdschrift slingeren of vertellen het indirect. Ook kunnen ze vragen aan iemand anders om het te vertellen, omdat ze dat zelf niet goed durven. Ze kunnen ook een app, mail of brief schrijven.

Als jouw kind uit de kast komt, bedenk dan dat het voor hem of haar belangrijk is hoe je reageert.

Misschien vermoedde je het al. Zeg dat dan ook: ‘Ik dacht het al.’ Als je het niet verwachtte, kan het je overdonderen. Je zag het niet aankomen, je had een ander beeld, of je maakt je zorgen dat je kind het zwaar krijgt. Bedenk dat je kind er waarschijnlijk al langer mee rondloopt, en ook de tijd heeft genomen om te wennen. Dat kun jij ook doen.

De meeste ouders accepteren het uiteindelijk wel. Omdat het spannend en belangrijk voor een kind is hoe je als ouder reageert, hier een paar tips:

  • Vertel je kind dat je het dapper en goed vindt dat het over zijn of haar gevoelens praat. Praten over gevoelens lucht enorm op.
  • Geef je kind de ruimte om alles te vertellen wat hij of zij kwijt wil en te twijfelen. Twijfelen en zoeken mag: het hoort erbij.
  • Geef niet direct je mening en houd je zorgen voor je. Het gaat in eerste instantie om het gevoel van je kind, en niet om jouw gevoelens.
  • Maak geen probleem van homoseksualiteit, biseksualiteit of transgender. Geef aan dat het net zo normaal is als heteroseksualiteit, het komt alleen minder vaak voor.
  • Geef aan dat je van je kind houdt, ongeacht zijn of haar seksuele voorkeur of gender.
  • Begin niet over de problemen waar je kind mee te maken kan krijgen, zoals pesten of in elkaar geslagen worden of een fysiek zwaar behandeltraject (als het gaat over een transgender kind).
  • Gebruik geen woorden die je kind zelf niet gebruikt. Soms zegt een jongen bijvoorbeeld: ‘ik val op jongens’, in plaats van ‘Ik ben homo’.
  • Vraag of je kind zich zorgen maakt, somber is, of eenzaam. Vraag of het hulp heeft en vrienden die hem of haar accepteren.
  • Vraag over pesten op school: heeft je kind hier last van? Zo ja, biedt aan om samen met docent, mentor of vertrouwenspersoon te gaan praten.
  • Geef aan dat het met dit gesprek niet afgelopen hoeft te zijn: zeg dat je er altijd over door wilt praten.
  • Ga samen op zoek naar informatie over seksuele voorkeur (Switchboard) of over gender (Transvisie). 

 

Steun aan transgender kinderen

Sommige kinderen weten het al heel jong: ze zijn eigenlijk een jongen of een meisje, terwijl dat op het oog niet zo lijkt. Ze zijn geboren ‘in het verkeerde lichaam’. Maar er zijn ook kinderen die er meer tussenin zitten: ze voelen zich allebei of geen van beide. Hoe kun je je kind hierbij steunen?

Als je kind transgender is, kan dat al jong betekenen dat het zich het liefst kleedt en gedraagt als een kind van de andere sekse. Het kan ook een andere naam willen en aangesproken willen worden met ‘hem’ in plaats van ‘haar’, of andersom. Dat de buitenwereld niet (zo snel) mee verandert kan frustrerend zijn voor een kind. Voor het kind zelf is het namelijk vaak heel duidelijk. Bied een liefdevol luisterend oor, probeer je kind hierin te steunen en naar de wensen van je kind te volgen. Als ouder wil je je kind beschermen tegen negatieve reacties en teleurstelling. Dat kan conflicten geven.

  • Neem de gevoelens van je kind serieus en accepteer deze.
  • Blijf erover praten: vraag er af en toe naar, troost je kind als het zich droevig voelt, zoek contact en stel je open op.
  • Zoek een balans tussen meegaan en afremmen. In sommige situaties kan het onhandig zijn als je kind zich helemaal kleedt zoals het het liefste wil.
  • Informeer je over hoe andere ouders dat doen: stimuleren van de genderontwikkeling of grenzen stellen aan de plekken waar je kind zich kleedt als het meisje of de jongen die het zich voelt. Hier lees je meer over de coming out van transgender jongeren.
  • Zoek contact met de school als het problemen geeft en bespreek hoe je kind daar de ruimte kan krijgen om zichzelf te zijn.

Somberheid

Sommige LHBT-jongeren zijn bang voor de reactie van hun ouders. Ze denken ook vaak dat ze zeker van hun gevoelens moeten zijn voordat ze daarover beginnen tegen hun ouders. Daardoor lopen ze langer dan nodig door met een geheim en dat wordt steeds groter. Ze denken dat ze de enige zijn, en niemand ze begrijpt. Soms gaan ze zich ook somber voelen omdat ze op school, sport of daarbuiten nog niet volledig worden geaccepteerd. Dan kunnen ze zich buitengesloten of eenzaam voelen.

Als je ziet dat je kind somber is wil je graag steun bieden maar soms weet je niet hoe. Misschien zie je dat je kind zich terugtrekt (geen vrienden over de vloer), slechter op school presteert of minder praat. Het is dan belangrijk dat je laat zien dat het zich niet alleen voelt. Neem de signalen serieus en probeer je kind te steunen. Ga bijvoorbeeld naar de school of sportclub en praat daar met docenten of begeleiders. Natuurlijk altijd in overleg met je kind, luister naar hun wensen en praat daarover. Zo bouw je echt een vertrouwensband op, weet je kind dat hij/zij/hun altijd bij jij/jullie terecht kan en er niet alleen voor staat.

Als je kind vaker somber is, ga daar dus het gesprek over aan. Je kunt voorzichtig informeren naar hun somberheid. Houd het gesprek open, en besteed tijd samen, zodat je ook op andere momenten kunt praten. Tijdens het sporten, of klussen bijvoorbeeld.

Het komt soms voor dat het echt heel slecht gaat en je kind aan zelfmoord denkt, of zichzelf beschadigt. Ook hier geldt, praat erover. Jongeren met suïcidale gedachten geven aan dat het enorm oplucht om erover te praten. Als je merkt dat ze het lastig vinden om met jou te praten, kun je ook voorstellen dat ze eens bellen, chatten of mailen met 113 zelfmoordpreventie. 113 heeft 24 uur per dag hulpverlening per telefoon, chat en email. Je kunt je kind op de site wijzen en benadrukken dat ze hier over hun gevoel kunnen praten met een vreemde. Ze hebben kennis over LHBT-gevoelens, en weten tegen welke problemen jongeren aan kunnen lopen die worstelen met zulke gevoelens.

Ruimte voor eigen zorgen

De meeste ouders moeten wennen aan het idee dat hun kind homo, lesbisch, bi of transgender is. Als ouders wil je het beste voor je kind, je maakt je misschien zorgen, en misschien is het toekomstbeeld dat je over je kind had, wel in het water gevallen.

Wat helpt?

  • Goede informatie. Als je kind gay of bi is, kun je meer informatie vinden via Switchboard. Als je kind transgender gevoelens heeft, zoek dan meer informatie via de zelfhulporganisatie Transvisie.
  • Praten met andere ouders. Als je een transgender kind hebt, is het prettig om andere ouders te spreken en te vragen hoe zij het aanpakken. Moet je een kind afremmen of bevestigen? En wat is een goede leeftijd om op school te veranderen? Je kunt hiervoor terecht op de ouderdagen van Genderkind&Ouder (Go) van de zelfhulporganisatie Transvisie.
  • Tijd om te wennen: geef jezelf de tijd om te wennen aan het idee en je beeld bij te stellen.
  • Ruimte voor verlies: zeker als je kind transgender is en van geslacht verandert, kan het voelen als een verlies, een verlies van je zoon of dochter. Maar ook als je altijd dacht dat je kind hetero was, kan je verlies ervaren. Neem dat gevoel serieus en zoek daar hulp bij. En onthoud: uiteindelijk krijg je hier een nog gelukkiger kind voor terug.