Zoeken
Info & tips
Als je uit een (streng) gelovig gezin komt, kunnen je homoseksuele of transgender gevoelens span-ning geven: bij jezelf van binnen en in contact met je omgeving [link naar omgaan met je omgeving].
Er zijn ook redenen om het niet te vertellen aan je ouders. Als zij zich sterk afkeurend uitlaten over homoseksualiteit, transgender of over mensen die ‘anders’ zijn.
Je ouders kennen je goed: ze hebben je van jongs af aan meegemaakt en je zien opgroeien. Als het goed is, zijn ze geïnteresseerd in je, en willen ze het beste voor jou. Dat kan betekenen dat ze het al weten of vermoeden.
De ‘makkelijkste’ manier is, om het gewoon te zeggen: pap, mam, ik ben lesbisch, of: ik ben een meisje (als je geboren bent als jongen bijvoorbeeld).
Onder jongeren is ‘homo’ nog altijd een scheldwoord. Hoe kom je dan uit de kast naar je vrienden? Misschien heb je vrienden die het allang vermoeden en het prima vinden. Leuke vrienden die je kunnen steunen.
Niet iedereen accepteert je als je vertelt dat je LHBTI+ bent. Sommige mensen discrimineren. Discriminatie is onderscheid maken tussen mensen, en op grond daarvan mensen ongelijk behandelen.
Als je uit een gezin komt waar religie een rol speelt, kunnen je lhbtiq+ gevoelen of identiteit spanning geven: bij jezelf van binnen in contact met je omgeving. Er kan namelijk sprake zijn van verscheurdheid tussen religie en de lhbtiq+ identiteit.
Genderexpressie gaat over wat of hoe je doet. Bijvoorbeeld hoe je je gedraagt, kleedt of beweegt. Uit jij je vrouwelijk? Mannelijk? Allebei? Geen van twee?
Iedereen heeft een genderidentiteit. Genderidentiteit gaat over wat je bent, op basis van je eigen gevoel. Het gaat er bijvoorbeeld over of je een jongen, een meisje, transgender of genderqueer bent.
Er zijn verschillende mogelijkheden:
Als je transgender of non-binair bent herken je je niet (helemaal) in de sekse die je bij geboorte toegewezen hebt gekregen.
Paginering
- Vorige pagina
- Pagina 4
- Volgende pagina